Vlieger uit de Tweede Wereldoorlog ontvangt na 73 jaar het Draaginsigne Gewonden

1 mei 2018
Deel dit bericht:
Leo Hendrikx ontvangt draaginsigne voor de crash die hij maakte met zijn Spitfire.

Op maandag 30 april ontving in het dorpje Horn de 94-jarige Leo Hendrikx het Draaginsigne Gewonden uit handen van generaal-majoor Mario Verbeek, de plaatsvervangend Commandant Luchtstrijdkrachten. Dit draaginsigne ontving hij voor de crash die hij maakte met zijn Spitfire op 1 april 1945 bij Zutphen, na aangeschoten te zijn door Duits luchtafweergeschut en waarbij hij zijn verwondingen opliep.

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was Leo Hendrikx 16 jaar oud. Hij wilde zich niet neerleggen bij de bezetting en vertrok met enkele vrienden richting Frankrijk, om uiteindelijk na een avontuurlijke reis via Spanje, Venezuela en Curaçao in Canada terecht te komen. “Je had het gevoel opgesloten te zijn, je mocht de grens niet over”, zo verwoordt Hendrikx zijn motivatie om zijn geboortedorp Horn te verlaten.

Eenmaal in Canada meldde Hendrikx zich aan bij het ‘military recruiting center’, waar hij een militaire opleiding kreeg. Vandaar ging hij naar Groot Brittannië en werd ingedeeld bij de Prinses Irene Brigade. Zijn ambitie ging echter verder en Hendrikx zag een droom in vervulling gaan toen hij bij de RAF terecht kon en zich in 1944 officieel jachtvlieger van een Spitfire mocht noemen.

322 squadron

In het voorjaar van 1945 werd Hendrikx ingedeeld bij het 322 squadron, dat toen opereerde vanuit Schijndel. Bij zijn eerste verkenningsvlucht die hij rond de basis moest maken, vroeg Hendrikx of hij dat ‘een beetje ruim mocht interpreteren’. En zo vloog hij die dag tussen de toren en de kerktoren van het dorp van zijn ouders. “Het was op een zondag, de kerk ging net uit en ik kon mijn moeder zien”, zegt Hendrikx.

Enorme klap

Niet lang daarna, op 1 april 1945, steeg hij op voor zijn eerste gewapende verkenning. Hendrikx: “Bij de frontlinie kregen we enorm veel  luchtafweer op ons af.  Een deel daarvan zie je ook, want dat is lichtspoormunitie en dat komt allemaal recht op je af.  Dus wij links en rechts draaien, en ik dacht dat er verder niet veel aan de hand was, tot ik een enorme klap hoorde. Mijn motor viel uit en via radio kon ik nog doorgeven dat ik een noodlanding ging maken.” Hendrikx maakte enkele angstige moment mee. “Je moet wel wat doen hé. Je ziet een open vlakte ergens en daar stuur je naartoe. Ik zat te laag om te springen, ik zat misschien op 200 meter.”

Hendrikx kwam met een harde klap neer en het toestel vloog in brand. Ondanks zijn verwondingen wist hij eruit te komen en de toegestroomde Nederlanders te waarschuwen uit de buurt te blijven, omdat de explosieven aan boord nog konden ontploffen. Hendrikx wordt krijgsgevangen genomen en belandt in het ziekenhuis in Apeldoorn. Daar bevrijden de Canadezen hem waarna er een lange periode van herstel volgt.

Over de Draaginsigne Gewonden

Het Draaginsigne Gewonden is een zichtbaar teken van respect voor en dank aan hen die tijdens oorlogen of vredesmissies lichamelijk of geestelijk gewond zijn geraakt. Sinds 1990 is het draaginsigne aan ruim 5.000 veteranen toegekend. Dat is minder dan 1% van alle Nederlandse militairen die tijdens oorlogen en vredesmissies zijn ingezet. Dat maakt het DIG nog unieker en waardevoller. Het zilveren, kruisvormige draaginsigne bestaat uit een horizontale balk met de Latijnse spreuk “vulneratus nec victus”, oftewel ‘gewond, maar niet verslagen’.

Lees meer over het Draaginsigne Gewonden

(Foto’s: Toine Jonbloets)