Luchtmobielveteraan zet zich nu in voor de allerarmsten

19 juli 2017
Deel dit bericht:

“Mijn nieuwe collega’s moeten soms lachen om het militaire jargon dat ik soms nog gebruik.” Dat zegt de 36-jarige Wietse Kooistra, die onlangs na 18 jaar de overstap maakte van de Koninklijke Landmacht naar hulporganisatie Compassion. Als Manager Support Services heeft hij veel aan zijn ervaringen als veteraan. “Als militair ben je getraind om een complexe situatie af te pellen tot hapklare brokken. Dat pas ik hier ook toe.”

Compassion is een internationale organisatie die in 26 landen kinderen helpt om de ‘erfenis van armoede’ te doorbreken. Dat betekent dat Kooistra met enige regelmaat die landen bezoekt voor overleg of om projecten te bezoeken. Zo is hij net terug uit Uganda, waar zijn nieuwe en oude werk elkaar op bijzondere wijze kruisten.

Vertel!

We hadden een fotograaf meegenomen om content te verzamelen voor onze communicatie. Op een gegeven moment maakte hij een foto van een brug over de nijl, niet wetende dat het verboden was om foto’s te maken van een strategische positie. Het resultaat was dat hij gearresteerd werd en er een grimmige sfeer ontstond. Op dat moment vertelde ik hen over mijn achtergrond als officier bij de Luchtmobiele Brigade. Toen bleek dat deze militairen middels de ACOTA-missie waren opgeleid door de Rode Baretten! Dat zorgde ervoor dat de sfeer meteen omsloeg en de dreiging verdween.

Wat kun je in jouw nieuwe rol met de vaardigheden die je bij Defensie hebt opgedaan?

Veel! Als manager Support Services ben ik verantwoordelijk voor de ‘achterkant’ van de organisaties. Denk aan de IT, HRM, Financiën, administratie etc. De gemiddelde medewerker van Compassion is creatief en ziet altijd kansen. De keerzijde daarvan is dat ze minder gericht zijn op de borging van nieuwe initiatieven. Wat zijn de voor- en nadelen? Hoe maak ik een analyse van alle aspecten om zo’n kans te laten slagen? Daarin vind ik echt mijn rol. Bij Defensie heb ik gestructureerd leren denken en dat komt nu goed van pas.

Werkt dat niet remmend?

Dat geloof ik niet. Ik probeer de projecten met een positieve houding te benaderen. Als militair zeg je niet ‘kan niet, wil niet’, maar maak je er altijd het beste van. Bij de Luchtmobiele Brigade ben ik een paar jaar compagniescommandant geweest van de Bravo-compagnie van het 13e infanteriebataljon. Als leidinggevenden waren we bij Luchtmobiel goed in ‘situational leadership’. De situatie bepaalt welke stijl van leiding geven je kiest. Dat probeer ik ook bij Compassion toe te passen. Op die manier haal je het beste uit je mensen.

Hoe vinden jouw nieuwe collega’s het om een veteraan in de organisatie te hebben?

Interessant. Soms ook grappig, bijvoorbeeld als ik verval in militair jargon. Laatst had ik het erover dat ik ‘in deze vergadering de hoofdschootsrichting wilde bepalen’. Toen werd ik wel even aangestaard. Maar over het algemeen waarderen ze mijn inbreng.

Op welke manier?

Als militair ben je getraind om een complexe situatie af te pellen tot hapklare brokken. Dat pas ik hier ook toe. Niet dat de opdracht daardoor makkelijker wordt, maar wel inzichtelijker. Zo zijn we bijvoorbeeld bezig met een nieuw computersysteem, dat we wereldwijd binnen onze organisatie implementeren.

Die enorme uitdaging die dit met zich meebrengt voor onze Nederlandse organisatie heb ik verwerkt in een zogenaamde IT-roadmap voor het komende jaar. Een soort aanvalsplan zeg maar.

Waarom heb je deze stap gezet?

Dat had voor een deel te maken met mijn thuissituatie. Ik wil mijn gezin meer prioriteit geven, maar zag daar binnen mijn functie bij Defensie geen ruimte voor. Ik was me bijvoorbeeld aan het voorbereiden op  de HDV, wat zou betekenen dat ik alleen nog maar meer tijd in mijn werk zou moeten steken. Dat wilde ik niet en ik besloot om op termijn Defensie te verlaten. Maar al snel kwam deze kans voorbij. Ik merk nu dat ik voor het eerst echt tijd met mijn kinderen kan doorbrengen. Dat is voor mij heel bijzonder en kostbaar.

Wat sprak je aan in deze baan?

Al heel lang had ik een warm hart voor Compassion. Persoonlijk geloof ik ook dat we recht moeten doen aan kinderen in armoede. Onlangs heb ik  in Uganda ons eigen sponsorkindje ontmoet. Hatika, zij is nu 5 jaar oud. Met haar familie woont ze in een ruimte zo groot als de helft van de slaapkamer van mijn dochter, zonder licht of water en maar één maaltijd per dag. Normaal gesproken is dat een situatie waar ze niet uitkomen. Met hulp van Compassion krijgt ze voedsel, een opleiding en de skills om uiteindelijk zelf geld te kunnen verdienen. De ervaring leert dat als je één kind helpt, je daarmee een hele familie uit de goot mee kunt halen.

Hoe kijk je terug op jouw uitzendingen?

Vooraf bekeek ik de uitzending heel zwart-wit. Het gaat om goed en kwaad en wij strijden voor het goede. En dan kom je er in het missiegebied achter dat veel dingen ontzettend grijs zijn. Ik heb al snel mijn doelen moeten bijstellen. Waren de mensen in Afghanistan beter af met onze aanwezigheid? Plaatselijk en tijdelijk zeker wel. Structureel niet. Dan hadden we daar moeten blijven. Dat is een harde boodschap, zeker als je ziet welke offers er zijn gebracht.

Hoe zit dat bij Compassion?

Onze organisatie heeft er bewust voor gekozen om in landen actief te zijn met een bepaald veiligheidsniveau, zodat we op een structurele manier hulp kunnen geven. Onlangs hebben we als één van de zeer weinige hulporganisaties een extern onderzoek laten uitvoeren naar onze hulp. Daarmee stelden we ons heel kwetsbaar op, maar de conclusie was dat deze hulp echt werkt en dat er maar heel weinig geld ‘aan de strijkstok’ blijft hangen.

Mis je de kameraadschap?

Bepaalde elementen. Hier ervaar ik ook een enorme verbondenheid doordat we elkaars geloof en missie delen. Ook is hier totaal geen 9 tot 5-mentaliteit. Maar dat je wekenlang met elkaar in de modder zit, met elkaar door de slechtste omstandigheden moet gaan, daar zit een diepgang in die uniek is! Daarom heb ik mijzelf ook meteen aangemeld als reservist om op die manier betrokken te blijven bij Defensie.

Meer over Compassion op: www.compassion.nl