European Union Force Tchad/RCA (EUFOR Tchad/RCA) (2008-2009)

2 maart 2016
Deel dit bericht:
In het grensgebied van Tsjaad, Sudan en de Centraal-Afrikaanse Republiek sloegen in 2007 honderdduizenden mensen door gewelddadigheden op de vlucht. Rondtrekkende rebellen en bendes vormden een ernstige bedreiging voor vluchtelingen en buitenlandse hulpverleners in de grensregio.

Om bescherming te kunnen bieden, ging de Europese Unie over tot de oprichting van de European Union Force Tchad/République Centrafricana (EUFOR Tchad/RCA).

  • 304
    Dagen
  • 154
    Uitgezonden Nederlandse militairen
  • 0
    Omgekomen Nederlandse militairen

Ruim de helft van deze 3.400 man sterke vredesmacht bestond uit Franse militairen. De Nederlandse bijdrage bestond uit een verkenningseenheid van het Korps Mariniers. De zestig mariniers vormden de ‘ogen en oren’ van het Ierse bataljon dat in de zuidelijke sector van het operatiegebied actief was. Daar zaten ook de meeste vluchtelingen. In Tsjaad deden de mariniers voor het eerst operationele ervaring op met hun nieuwe rupsvoertuig, de Viking. De eerste rotatie kwam aan in mei 2008. Naast het verkenningsdetachement leverde Nederland ook stafleden voor het operationele hoofdkwartier in Frankrijk, het tactische hoofdkwartier in Tsjaad en het bataljonshoofdkwartier in de zuidelijke sector.

Bij de Ieren
De samenwerking met het Ierse bataljon verliep niet altijd even soepel. De commandant van het eerste detachement, majoor der Mariniers Tjarko Leungen, wilde zijn mannen op meerdaagse patrouilles sturen om inlichtingen in te winnen. Van de Ierse bataljonscommandant mochten zij zich hooguit tien kilometer van het kamp verwijderen. Tot ongenoegen van de mariniers wilde hij risico’s zoveel mogelijk vermijden. Het voorzichtige Ierse optreden sloot “niet altijd aan op onze mindset”, zo drukte majoor Leungen zich eufemistisch uit.

Robuust optreden
De meeste tijd was de sfeer rustig en vriendelijk, maar dat kon zomaar veranderen. In juni 2008 kregen de mariniers te maken met rondzwervende rebellen die een vluchtelingenkamp bedreigden.

Hoewel het complete verkenningspeloton uitrukte, waren de mariniers sterk in de minderheid. Tegenover hen stond een klein leger van 120 zwaarbewapende rebellen. Beide partijen richtten hun wapens op elkaar. Elke marinier wist dat een verkeerde beweging een bloedbad betekende.

   “De adrenaline gierde door mijn aderen”

verklaarde marinier Kevin Cruiming achteraf. De mariniers weigerden te wijken. Toen de rebellenleider na zestig bloedstollende minuten zijn excuses voor de ontstane situatie aanbood, verminderde de spanning. Als teken van goede wil overhandigde hij de sleutels van vijf gestolen VN-voertuigen. Met hun robuuste optreden hadden de  mariniers laten zien dat EUFOR de baas was. De rebellen hielden zich in het Nederlandse operatiegebied voortaan gedeisd.

In oktober 2008 werd de eerste rotatie afgewisseld door een tweede groep van zestig mariniers.

Deze lichting kreeg vooral te maken met tegenwerking van ongedisciplineerde Tsjaadse regeringstroepen. Die weigerden mariniers meerdere malen doorgang te verlenen bij checkpoints en roadblocks. De omgang met het Tsjaadse regeringsleger vergde veel tact en geduld. Al met al waren de mariniers tevreden over hun eigen optreden: “Een missie als deze past perfect bij ons karakter van expeditionair optreden in gebieden met extreme klimaten.” In maart 2009 kwam er een einde aan de missie toen een VN-politiemissie de taken overnam.

Leestips: